Zaterdagavond

zit ik hier in het cybercafe aan de straat van de martelaren van de vrijheid te Porto met een slok en een hap op, na weer een hele dag banjeren door de zonovergoten stad met zijn keiïge straten en stegen en o zo vriendelijke mensen, die we op allerlei manieren in hun doen en laten vastleggen en vervelen. Of valt dat juist mee? We kunnen in ieder geval niet onopgemerkt de stad door, Joop op zijn vouwfiets en vele camera’s en ik met mijn lange en bleke voorkomen, waar allerlei draden en apparaten aanhangen. Tis maar dat ze onthouden dat het volgend jaar 2001 is en ze een zusterstad zijn van Roterdão. 
Gisteren pech gekregen, toen de trafo van de videorecorder het heeft begeven. Er viel even niets meer te filmen zonder opgeladen accu’s. Het was vanmorgen behoorlijk zoeken naar een zaak waar ze ons verder konden helpen. Erg in is het dv-gebeuren nog niet en dat vervelende ding van ons heeft een eigenwijs voltage (9,5 V) wat je niet vind op universele adapters. Bovendien wijkt het ampèrage af van wat gebruikelijk is voor huis, tuin en keukenapparaten (800 mA), maar uiteindelijk wisten we er een te scoren met die stroomsterkte. Doordat het voltage slechts 9 volt is werkt de camera er niet op, maar de accu’s kunnen we er prima mee opladen. 
Joop ben ik in de loop van de middag uit het oog verloren; hij bleek, zoals ik verwachtte, bij een motorstunt-evenement op het stadhuisplein zijn plaatjes te schieten. Is dus niet ‘thuisgekomen’ om te eten. Foei! ‘t Is echt een feestmaand, van alles aan de hand. We zouden ook nog gaan kijken bij een Gothicfeest, maar ik weet niet of daar nog iets van komt. In ieder geval is het een hele brave stad, naar het schijnt eentje waar je rustig ‘s avonds alleen over straat kunt. Zelfs de daklozen zijn niet opdringerig, terwijl er wellicht minder opvang voor hun geregeld is. 
Oppassen is het voor ouwe hoeren, die je, terwijl je rustig op een bankje van je avondmaal zit te genieten om een wip vragen. Met een heen en weer gaande beweging draaide ze suggestief een filtersigaret tussen haar vuile vingers, om zodoende duidelijk te maken wat ze wilde. Ons portugees is van dien aard, dat we moeten volstaan met ‘no’ en afwerende bewegingen. Ze keek ons niet begrijpend aan; dat we zo’n aanbod konden weigeren. 
Allez, het kost geld dit mailen – ik weet niet wat de escudo staat, maar het gaat om 500 per uur (of 300 per half uur) – dus zenden. Morgen weer redelijk op tijd op, want we gaan de vogelmarkt aandoen.

Jo ho hier o Porto

Woensdag zijn we met een kwartier vertraging van Schiphol vertrokken; toch spannend om weer eens te vliegen. Prachtig uitzicht bij dat mooie weer, helaas zat ik niet bij het raam, dus viel er niets te filmen. Op een vlucht van twee uur is wat afwisseling welkom en de maaltijd smaakte me daardoor goed. Ik was licht misselijk geworden door het vrij snelle opstijgen en had geen zin in lezen. ‘t Is een vrij armoedige wijze van reizen in zo’n luchtbus. Alleen het toilet kon mij bekoren; wat een efficiëntie, geen poespas. Zo´n plee zou ik graag in huis hebben. 
Na de landing op de luchthaven van Porto – een oase van rust in vergelijking tot Schiphol – zijn we met de bus naar de stad gereden. Heel leuk, want midden tussen de plaatselijke bevolking, veel scholieren op weg naar huis, die gelijk door Joop op de foto gezet werden. Het was dik boven de twintig graden en ik had ook hoofdpijn, maar de afleiding was groot genoeg door al die nieuwe beelden, geluiden, en vooral ook geuren. 
Een uur later, rond vijf uur geloof ik, zijn we vlakbij ons pension in het oude centrum aangekomen. Joop pakte er meteen zijn vouwfiets uit, zodat we onze bagage erop konden versjouwen. Met de spullen van Joop erbij woog mijn tas inmiddels ook ruim twintig kilo. Wat een bekijks trouwens, je ziet hier dan ook niemand fietsen. Geen wonder met al die hellende straten, maar de wielersport lijkt hier evenmin te leven, itt bijv. Frankrijk en Spanje. 
Het eten en logies zijn vreselijk goedkoop, niks bijzonders, maar eenvoudig en goed. We kijken vanuit ons raam uit over een plein met de hele dag en nacht door verkeer. Pas in de laatste uren van het donker en de eerste van het licht is er even rust. De ochtenden beginnen met mist die al gauw optrekt en dan schijnt de rest van de dag de zon uitbundig. Onze bedden zijn aan de korte kant, we hebben echter een kamer met wastafel, wc en bidet en op de gang toegang tot een badkamer met bad en douche. O ja, een televisie waarop ik de door de dag geschoten beelden terug kan kijken. We werken van ‘s morgens negen tot ‘s avonds negen, blijven af en toe lang hangen op eenzelfde plek om er alles uit te halen. 
Vanmorgen een half overdekte markt bezocht en die ‘binnenste buiten’ gekeerd. Filmen hoe ze er een levende kip de kop afsnijden, hoe er vooral door oude en jonge vrouwen van alles en nog wat aan de man gebracht wordt. Ik heb fantastische geluidsopnames, maar ook nog een hoop te wensen over voor met name de bewegende beelden en materiaal voor de Zuidsite van T&T. Die wil ik hier op de zuidelijke oever van de rivier gaan schieten. Rond de fraaie brug van Eiffel is ook het een en ander te doen. Joop wil nog naar het havengebied, een klein end buiten de stad.
Tot zover voor nu en ik er eventueel uitknal. Geen idee wat deze pc’s in huis hebben… De webmail lijkt hier niet goed te werken, dan maar proberen vanaf de computer zelf.

Da’s af

‘s Middags kwam van Boxtel met gevolg langs op de burelen van het kindermagazine What’s Up. Flink doorgezaagd; nou moeten we al het materiaal nog gaan verwerken. We kunnen er in ieder geval met tevredenheid op terugkijken; hij heeft een heel speciale indruk gekregen van ons digitale trapveld, waar ‘onze’ meiden een hoofdrol speelden. Misschien met name door die ene vraag of er ooit in een roddelblad heeft gestaan dat hij homo zou zijn. Dat wilde hij heel nadrukkelijk ontkennen. Onder tijdsdruk had de interviewster de rest van het setje privékwesties niet meer gesteld: of ie een piercing had, vreemd ging, een facelift wilde laten doen, de alleenheerschappij wilde, en zo meer.

Frisse start bij warm weer. ‘s Ochtends de eerste sessie van een korte html-cursus van 3 maal 3 uur doorlopen bij het RBO. Op zich gesneden koek, maar braaf de lesjes doorlopend kom je toch weer een hoop te weten van vooral de onmogelijkheden van deze markup language. 

Lage erfbrug

Met Joop in Delfshaven… diverse opnamen. Hoeveel maal hebben we de brug open en dicht zien gaan gedurende onze aanwezigheid daar? Ik doe wekelijks mijn boodschappen om de hoek, tassen vol op de fiets – ecologisch.

een boot…

Dikke post

Ja baas, je zoekt wat af op het net. Kwam ik geheel in de verkeerde winkel terecht. Niks computerplezier, het was kattengrit en vogelenkooi. Zou er voor de duidelijkheid niet een degelijke scheiding aangebracht kunnen worden tussen deze zo verschillende tenten? Dit leidt tot branche-vervaging en verwarring. Onaangenaam verrast toch ook, omdat de naam computerkeet een eigen bedenksel was, een beetje uniek, ideaal om je te onderscheiden van al die anderen in cyberspace. Moeten we het domein dan maar overkopen? Ik moet nodig aan de icq…

Opererend onder eigen naam en vlag: mijn Nederlands was wel goed, maar niet al te duidelijk, dat geef ik toe. Wat ik bedoel te zeggen met het onaangenaam verrast zijn, is dat door jouw gebruik van het domein computerkeet.nl – waar je natuurlijk naar de letter van de wet het recht toe hebt – de enigheid (lees: het uniek-zijn) van onze domeinnaam computerkeet.org er enigszins af is.
Dat is wat minder een probleem als het gebruik van beide domeinen een (voor derden) logisch verband met elkaar hebben. Dat zie ik nu ff niet. Ik las echter testdomein, dus wellicht heb je er uiteindelijk geheel andere plannen mee. Ik ga niet uit van verkeerde bedoelingen van jouw kant, maar begrijp je wat ik bedoel? In ieder geval wil ik het je verder graag mondeling uitleggen, want het is best moeilijk de stemming in letters te vatten; dat gebruik van smilies < 😐 😉 > vind ik meer iets voor het chatten. Hopelijk ben je niet te serieus over die vijf cijfers voor de verkoop van de domeinnaam, tenzij wij ooit zoveel geld zouden hebben; dan gun ik je ze van harte.
In het kader van de Digitale Trapveldjes heeft SWF straks 1 miljoen te verdelen over de 7 a 8 wijken in de deelgemeenten. Er komt dus dik een ton – Ton is nog niet zo dik 😉 – naar de wijk. Ik hoop dat ze mij en Arie er een inkomen uit gunnen; wat er overblijft moet maar genoeg zijn voor de aanschaf van hardware en software, de exploitatie ener outillage, opleiding en begeleiding van allerlei in- en doorstromers, kortom: je trekt zoiets niet zonder sponsoring uit het bedrijfsleven.

BTW (by the way): krijgen wij van bART onze accountgegevens (IP-adressen / inbelnummer(s) / e-mailadres / pop3-, smtp- & proxy-server) zwart op wit?
De groeten.

Rekentuig

Mijn idee was een super-chipkaart waarmee je elke computer echt personal maakt, omdat je er al je eigen gegevens kunt opzetten (naar believen persoonsgegevens, agenda, adressen, notities, internetinstellingen, softwarelicenties enz.) en die zo altijd bij de hand hebt en in één keer voor de machine waaraan je wilt werken beschikbaar zijn. De pc’s hebben daarvoor een eenvoudig in te pluggen (usb)apparaat met zo’n voorziening. 

Een en ander vergt ver(der)gaande beveiliging van computers en netwerken; het kan heel goed in een tegengesteld idee omslaan, waarbij door systeembeheerders cq. -bezitters een vergaande controle op de gebruikers mogelijk is. (Grote-broer-paranoia.) Met de modernste technieken kan een identificatiesysteem in de kaart verwerkt zijn, zodat ie niet door anderen te misbruiken valt. Als werkgevers een moderne prikklok willen, dan verzinnen ze zelf daar maar iets voor. Het kan aan de gebruikers overgelaten worden of ze dergelijke informatieverschaffing ook via hun eigen ID-card willen laten geschieden. 

Al met al een allerlei kanten op uit te breiden en door te denken ontwerp. Het zou bijvoorbeeld ook mogelijk kunnen zijn dat je een persoonlijke (computer)historie op de kaart opbouwd, waarmee elke pc of werkstation zich (in a split second) kan aanpassen aan jouw niveau van kennis en kunde, wellicht ook aan persoonlijke voorkeuren en smaak, aan emoties en humeur, aan je algehele geestelijke en lichamelijke toestand van het moment. Wie zou er niet zo’n vriend willen hebben?