Nogo

Hij heeft of toont weinig begrip van hoe het in de vormgeverswereld toe gaat. Er wordt veel tijd besteed aan het maken van offertes, het doen van voorstellen en schetsen van ontwerpen. Die zijn voor rekening van de mededingers naar een opdracht. Zolang die niet officieel verkregen is, valt er niets te verdienen. Bij vaste klanten doe je daarbuiten veel om goodwill te kweken en houden.

Bovendien is vormgeven in feite nauwelijks een autonoom gebeuren; je doet werk in opdracht en zal je eigen kunstzinnige aspiraties, zo je die al hebt, voor jezelf moeten kunnen houden. Ik vind het ontwerp voor dat logo een goed voorbeeld ervan: het is teveel van de maker en in geen enkel opzicht iets waaraan het de wens van ‘de klant’ tegemoet komt. Eigenlijk kan hij nu pas beginnen met als uitgangspunt die tekening die hem gestuurd is. Zet daarbij het uurtarief en de verwachte uren, of een totaalbedrag, of vraag de opdrachtgever wat ie er voor over heeft.

Mijn inschatting is dat er anders geen eer aan te behalen valt en waarschijnlijk sowieso weinig aan te verdienen. 

Logo’s gaan vaak als onderdeel van een huisstijl; die kan je al krijgen voor €100, dus alleen een logo €50? Daar moet je dus tegenop kunnen werken. Lukt je dat niet in een uur, dan zal je uurtarief gevoeglijk dalen. In deze tijd vliegen de aanbiedingen je om de oren. Misschien moet de vrager eerst een ontwerper zoeken die goed past. Of hij van meer markten thuis zijn.

Je moet je creativiteit vooral in het ‘meedenken’, in efficiëntie en flexibiliteit, in toepasbaarheid stoppen. Een beetje in de huid van de opdrachtgever zien te kruipen en dat kunnen/willen.
(Het is iets dat ik slechts met moeite kan; daarom ben ik ‘onderaannemer’; ik onderhandel niet met de klant en pas als ik langer of vaker voor ze werk, weet ik wat ze willen. Om ze dan iets anders ‘aan te praten’, of over een bepaalde drempel te krijgen, is helemaal niet mijn pakkie an. Voordelen zijn er ook: ik heb oha weinig kopzorgen omtrent betalingen, kosten, werving en ken na jaren van ‘trouwe’ dienst de ‘hoofdaannemer’ als mijn broekzak. Al vallen daar wel eens gaten in, ha ha!)

Je kan er voor geleerd hebben, het kan je deels aangeboren zijn: de vormgever is een slag apart. Je kent ze misschien wel of juist niet van de academie. In mijn optiek is hij er geen (en dat is geen kritiek of verwijt, stiekem misschien zelfs een compliment). Hun kwaliteit bewijst zich uiteindelijk in hun productiviteit en omzet en dat is niet per se de praktijk van de ‘hogere’ kunsten. (Het kantoor op het eiland zet weinig om; er is geen goede vormgever aan het bewind.)

Klein en slaafs, dat is in mijn opinie deze wereld, het zijn hoeren, navolgers, hielenlikkers. Misschien gechargeerd, maar het is nu eenmaal geen ‘autonome’ kunst.