Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk*

Wij zijn de laatste tijd erg bezig met DURP (digitale uitwisseling in ruimtelijke processen); sommige van onze kaarten moeten aan de regels daarvoor gaan voldoen en nu is het puzzelen met gml om alles daarin te krijgen, naar de criteria door de overheid opgesteld. Voor ons een vrij technische kwestie en uiteindelijk een van datakloppen. Omzetten, inlezen, exporteren, en hop, daar gaat je mooie kaart, gereduceerd tot droge data, die overal en nergens toe te passen is. 

Nog geen taart; ik mag al blij zijn dat ik werk heb, geloof ik. Volgende week kan het alweer over zijn. (Dan maar geen sinterklaas.) Kinderen lijken er niet meer mee bezig; ik heb alleen gehoord ‘liever een groot ding, dan verschillende kleinere’, daarbij er zonder meer vanuit gaand, dat er voor hetzelfde geld als voorgaande jaren wordt gespendeerd. Dat zullen we nog moeten bezien. De vooruitzichten van economen zijn dermate somber, dat als je je oren er naar laat hangen, je maar het beste kunt beginnen te investeren in een (schuil)kelder vol houdbare mondvoorraad en een zadenbank, een autonome energievoorziening en de nodige andere middelen tot zelfverdediging. Vooral niet te veel sparen op de bank, want het geld is uiteindelijk niets meer waard. Kan je dan nog wel in je geleende huis blijven wonen?

Leuk vooruitzicht hebben de kinderen van nu toch al niet; ik vermoed dat de concurrentie sowieso enorm toe gaat nemen. Nationaal kan niets zeker gesteld worden en de toekomst van Europa lijkt me uitermate fragiel. Pleurt de boel in elkaar, heb je volgens mij evenmin iets aan je lessen chinees, misschien meer aan die van survivalexperts als Ray Mears en Bear Grylls (niet echt mijn favoriete programma’s). Had ik dan toch wat kunnen hebben aan het vervullen van de dienstplicht?
Zouden de paardrijlessen zo nog wat op kunnen leveren, als we geen gemotoriseerd verkeer meer hebben, of kan je dan alleen wat betekenen als wagenmenner? Verder met lessen spaans, oefenen met opa, die nu net met oma en mona een aantal dagen in Valencia vertoeft. (Het is er warm en hij is dermate slecht ter been dat ze hem in een rolstoel moeten voortduwen.)

Tussen de huishoudelijkheden door nog even tijd gevonden om een boekenstellinkje in elkaar te schroeven, opdat ik alle tijdschriften enigszins op orde kan houden. Van diverse abonnementen, die ik op zich niet wil opzeggen, maar al dat bedrukte papier is een behoorlijke belasting voor de mens en zijn omgeving. (Daartoe behoren ook de balken die de zoldervloer dragen.) Af en toe struin ik er doorheen en gooi weer het een en ander weg. Alleen handige en/of interessante informatie blijf ik nog even bewaren, alhoewel het meeste daarvan met enig zoeken ook op het internet te vinden zal zijn. (Maar bij stroomuitval heb ik nog wat te lezen, overdag, als je daar dan nog tijd voor hebt… eh, ik gooi het allemaal maar weg, uiteindelijk.)
Hergebruik staat voorop; het materiaal had ik nog in de schuur staan. Uiteindelijk kunnen we alles nog opstoken, als ik tenminste mijn kachel nog terug krijg van Joop. Misschien wil hij wel in de schuur komen wonen. (Ik blijf er mee bezig; deed ik dertig jaar geleden al – af en toe zakt het even weg.)

*) dat was gisteren